Arbeid en arbeidsomstandigheden kunnen risico’s voor de gezondheid met zich meebrengen. Werknemers kunnen hierdoor een beroepsziekte oplopen. Om dit te voorkomen of te beperken, is de werkgever volgens artikel 18 van de Arbowet verplicht om werknemers een periodiek arbeidsgezondheidskundig onderzoek aan te bieden. Daarnaast kan de werkgever optioneel een breder preventief medisch onderzoek aanbieden.
Belangrijke verschillen tussen PAGO en PMO
- Werkgevers zijn wettelijk verplicht een PAGO aan te bieden, terwijl een PMO vrijwillig is. Voor beide onderzoeken geldt dat werknemers niet verplicht zijn om eraan deel te nemen.
- Het PAGO richt zich uitsluitend op werkgerelateerde gezondheidsrisico’s. Het PMO kijkt daarentegen ook naar de algehele lichamelijke en mentale gezondheid, evenals leefgewoonten zoals roken, alcoholgebruik, voeding en beweging.
- Een PAGO bestaat uitsluitend uit onderzoek, terwijl een PMO ook interventies kan omvatten.
PAGO soms verplicht voor werknemers
In sommige gevallen is een werknemer wél verplicht een PAGO te ondergaan, bijvoorbeeld als dit wettelijk of via een cao is geregeld. Zo verplicht de verkeerswetgeving werkgevers om het gezichtsvermogen van beroepschauffeurs regelmatig te laten controleren.
Het PAGO wordt uitgevoerd door of onder verantwoordelijkheid van de bedrijfsarts. De frequentie en timing van het onderzoek worden bepaald op basis van de risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E). Voor werknemers op bouwplaatsen is vaker onderzoek wenselijk, bijvoorbeeld om gehoorschade of lichamelijke belasting te monitoren.
PAGO = Periodiek onderzoek door de bedrijfsarts, gericht op werkgerelateerde gezondheidsrisico’s, dat de werkgever wettelijk verplicht moet aanbieden.
PMO = Medisch onderzoek naar de algehele gezondheid van de werknemer, dat de werkgever op vrijwillige basis kan aanbieden.